8e Milieuactieprogramma (MAP): is de EU op de verkeerde weg om haar 2030-doelstellingen te halen?
8e Milieuactieprogramma (MAP): is de EU op de verkeerde weg om haar 2030-doelstellingen te halen?
Gegevens
- Nummer
- 2025/31
- Publicatiedatum
- 17 maart 2025
- Auteur
- Redactie
- Rubriek
- Nieuws
Volgens het laatste monitoringverslag over het 8e MAP, dat is gepubliceerd door het Europees Milieuagentschap (EMA), ligt de EU slechts gedeeltelijk op schema om haar doelstellingen te halen. Er zijn "doortastende" maatregelen nodig om de circulaire economie te stimuleren, de achteruitgang van de biodiversiteit te keren en de consumptievoetafdruk van de EU te verkleinen.
(Door Lise Lafille, journalist bij Lefebvre Dalloz)
Elk jaar maakt het Europees Milieuagentschap (EMA) aan de hand van 28 indicatoren de balans op van de vooruitgang die is geboekt bij het behalen van de doelstellingen van het 8e MAP. Een eerste verslag werd uitgebracht in 2023.
Het 8e MAP omvat een prioritaire langetermijndoelstelling: "leven binnen de planetaire grenzen tegen 2050". Het omvat 6 doelstellingen en is met name gebaseerd op het Europese Groene Pact.
Status van de indicatoren
Uit het verslag blijkt dat de meeste indicatoren niet op schema liggen om de doelstellingen van de EU te halen.
Volgens het verslag is de voortgang van de indicatoren als volgt:
5 indicatoren liggen op schema;
3 liggen waarschijnlijk op schema;
16 liggen waarschijnlijk niet op schema;
4 liggen "helemaal niet" op schema.
Sinds het door het EMA gepubliceerde verslag over 2023 is de vooruitgang voor één indicator verbeterd: de vermindering van het energieverbruik in de EU. De recente reducties worden "veelbelovend" genoemd.
Welke indicatoren liggen niet op schema?
De eerste indicator die in 2030 niet zal worden gehaald, betreft de toename van de netto-absorptie van broeikasgassen (BKG) door koolstofputten. Hoewel dit in 2023 aanzienlijk is toegenomen, blijft de trend van de afgelopen tien jaar onvoldoende en zal de EU deze doelstelling met het huidige beleid niet kunnen halen.
Wat betreft de indicatoren voor de toename van het gebruik van circulaire materialen en de teelt van biologische landbouwgrond, is de omvang van de vereiste verandering een belemmering voor vooruitgang. In feite is een diepgaande transformatie van systemen nodig om deze indicatoren een kans te geven hun doel te bereiken.
Wat de ecologische voetafdruk van de consumptie in de EU betreft, is er consensus in de wetenschappelijke en beleidsgemeenschap dat de EU haar voetafdruk de komende jaren niet voldoende zal verkleinen.
In het algemeen concludeert het verslag dat de resultaten van de indicatoren voor "milieu- en klimaatdruk in verband met productie en consumptie in de EU" het meest zorgwekkend zijn. Zo ligt de EU waarschijnlijk niet op schema om het verlies van voedingsstoffen naar grondwater tegen 2030 te verminderen, wat met name te wijten is aan landbouwpraktijken.
De EU wijst ook op de aanzienlijke toekomstige economische verliezen als gevolg van kustoverstromingen, die alleen al in de EU meer dan 1 biljoen euro per jaar kunnen bedragen als er geen verdere actie wordt ondernomen.
Welke indicatoren liggen "op schema"?
Het verslag benadrukt de doeltreffendheid van het EU-beleid inzake lucht, klimaat en energie bij het terugdringen van vroegtijdige sterfgevallen veroorzaakt door fijne deeltjes. Als dit beleid goed wordt uitgevoerd, zou de reductiedoelstelling moeten worden gehaald. Het verslag wijst er echter op dat er in 2022 in de EU 239 000 vroegtijdige sterfgevallen door fijne deeltjes zijn geregistreerd.
De indicator voor hogere uitgaven door huishoudens, bedrijven en overheden ligt ook op schema: er worden steeds meer middelen uitgetrokken voor milieu en eco-innovatie, bijvoorbeeld met het financiële instrument "Herstel- en veerkrachtfaciliteit voor de EU".
Bovendien maken volgens het verslag de nationale energie- en klimaatplannen (NECP's) en het "fit for 55"-pakket het mogelijk om een mogelijke verwezenlijking van de BKG-reductiedoelstelling te overwegen.
Er moeten "doortastende maatregelen" worden genomen
Het rapport is daarom meerledig en laat zien dat er doortastende maatregelen moeten worden genomen: "Dit betekent een doortastender tenuitvoerlegging van bestaande wetgeving, aanvullende maatregelen waar nodig en de garantie van voldoende financiering om onze doelstellingen op het gebied van klimaat, milieu en duurzaamheid te halen", zegt Leena Ylä-Mononen, uitvoerend directeur van het EMA.
Dit document is automatisch vertaald met Deepl.