Waarom voldoen 's werelds invloedrijkste bedrijven niet aan de basisverwachtingen van de samenleving?

Waarom voldoen 's werelds invloedrijkste bedrijven niet aan de basisverwachtingen van de samenleving?

Gegevens

Nummer
2024/104
Publicatiedatum
9 september 2024
Auteur
Redactie
Rubriek
Nieuws

In een tijd waarin de Zorgplichtrichtlijn net van kracht is geworden, heeft de World Benchmarking Alliance (WBA) de zorgwekkende resultaten onthuld van een rapport waarin 's werelds 2.000 meest invloedrijke bedrijven worden beoordeeld op hun verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren, fatsoenlijk werk te bieden en ethisch te handelen.

Inzichten

De cijfers zijn alarmerend: 90% van 's werelds 2.000 meest invloedrijke bedrijven (de "SDG2000") voldoet niet aan de helft van de fundamentele maatschappelijke verwachtingen. En daarvan scoort 30% tussen 0 en 2 op 20, waaruit blijkt dat ze hun impact op het leven van mensen niet of nauwelijks erkennen. Dit is wat de eerste World Bencharming Alliance-studie die afgelopen juli werd gepubliceerd onthulde.

Minder dan 10% van de bedrijven heeft geanticipeerd op hun naleving van de CS3D-richtlijn

De eerste bevinding is dat 91% van de beoordeelde bedrijven hun belanghebbenden niet raadpleegt. Dit cijfer weerspiegelt een gebrek aan begrip van de kwesties die op het spel staan in de 2030 Agenda voor Duurzame Ontwikkeling die in 2015 is aangenomen door de lidstaten van de Verenigde Naties. Bovendien betekent dit resultaat dat nauwelijks 10% van de bedrijven heeft geanticipeerd op hun naleving van de Europese CS3D-richtlijn [hoewel niet alle bedrijven zullen worden onderworpen aan de verplichtingen van de deze zomer gepubliceerde richtlijn, waarvan de reikwijdte echter niet beperkt is tot bedrijven in de EU, noot van de redactie], die onder andere verplicht tot uitwisselingen met belanghebbenden voor de ontwikkeling en uitvoering van zorgplichtactieplannen. En toch, volgens het WBA verbetert de dialoog het respect van bedrijven voor mensenrechten en fatsoenlijke werkpraktijken. En met reden: uit het onderzoek blijkt dat bedrijven die de dialoog aangaan beter presteren:

  • op elke benchmarkindicator, en meer specifiek op het gebied van mensenrechten en due diligence;

  • op het gebied van fatsoenlijk werk (met name wat betreft het respecteren van de gezondheid en veiligheid van werknemers, gendergelijkheid en werkgelegenheid voor vrouwen).

Om hun doelstellingen te bereiken, nodigt het WBA bedrijven uit om prioriteit te geven aan samenwerking met de belanghebbenden die het meest door hun activiteiten worden getroffen en hun officiële vertegenwoordigers (vakbonden, mensenrechten- en vrouwenrechtenorganisaties, enz.). Daarnaast worden overheden opgeroepen om bedrijven te verplichten om in alle fasen van het due diligence-proces zinvolle betrokkenheid van belanghebbenden te realiseren. Dit om ervoor te zorgen dat zij hun mensenrechtenrisico's effectief identificeren en aanpakken.

Een kloof tussen wat bedrijven publiceren en wat de maatschappij verwacht

De tweede bevinding is dat meer dan 60% van de bedrijven informatie publiceert over leefbaar loon en meer dan 45% over werktijden. Slechts 4% heeft zich er echter toe verbonden om hun werknemers een fatsoenlijk loon te betalen of betaalt dit momenteel en slechts 3% heeft een beleid voor werktijden dat voldoet aan de normen van de Internationale Arbeidsorganisatie.

Met andere woorden, "er gaapt een kloof tussen wat bedrijven zeggen over fatsoenlijk werk en wat de maatschappij van hen verwacht", aldus het WBA.

Om dit te verhelpen roept de internationale organisatie regeringen op om prioriteit te geven aan het verkleinen van de kloof tussen het minimumloon en het leefbaar loon door beleid te implementeren dat regelmatige herzieningen en aanpassingen van het minimumloon garandeert om het in overeenstemming te brengen met de kosten van levensonderhoud. Er wordt ook voorgesteld om inclusieve loonvormingsprocessen aan te moedigen, collectieve onderhandelingen te bevorderen, aanvullend sociaal beleid te implementeren en steun te verlenen aan kleine en middelgrote ondernemingen.

5% van de SDG2000 maken hun uitgaven voor lobbyen openbaar

Andere cijfers: 11% van de SDG2000 heeft een beleid ingevoerd dat een lobbyaanpak openbaar maakt, en nauwelijks 5% maakt de kosten hiervan openbaar. Gemiddeld besteden bedrijven 14,4 miljoen dollar per jaar aan lobbyen, "wat aantoont dat bedrijven aanzienlijk investeren in beleid", aldus het WBA.

Volgens de internationale organisatie is transparantie op dit gebied echter verre van een marginale kwestie. Belanghebbenden beschikken niet over de informatie die ze nodig hebben om bedrijven ter verantwoording te roepen over de vraag of hun toezeggingen en inspanningen niet in overeenstemming zijn met hun lobbypraktijken", aldus het WBA. "Daarnaast neemt de druk van wetgeving toe. De Europese verordening inzake rapportage over duurzaamheid van bedrijven vereist dat bedrijven die hieraan onderworpen zijn (75% van SDG2000) informatie openbaar maken over hun lobbyactiviteiten, inclusief uitgaven."

Resultaten 60% hoger in landen met mensenrechtenwetgeving

Dus "regelgeving, begeleiding en druk zijn essentieel om verandering aan te moedigen", concludeert het WBA. Volgens het rapport scoren bedrijven met een hoofdkantoor in landen met wetgeving op het gebied van mensenrechten 60% hoger op due diligence. Toch heeft slechts 6% van de bedrijven deze regelgeving volledig geïmplementeerd. Onder hen geeft het WBA aan dat er twee trends naar voren komen. Bedrijven:

  • "komen voornamelijk uit regio's met sterke overheidssturing en regelgevende kaders op het gebied van mensenrechten";

  • "opereren meestal in sectoren met een grote impact, die meer onder de loep zijn genomen door het publiek en beter zijn toegerust met gedetailleerde hulpmiddelen en richtlijnen op het gebied van mensenrechten".

Het is dan ook geen verrassing dat het WBA regeringen oproept om wettelijke minimumnormen in te voeren en toe te passen die de verantwoordelijkheid van bedrijven verduidelijken, ongeacht hun omvang en activiteiten, om het respect voor mensenrechten effectief aan te pakken in overeenstemming met de VN-richtlijnen en de OESO-richtlijnen.

Dit document is automatisch vertaald met Deepl.