Vereenvoudigd ESRS: EFRAG brengt technisch advies uit met 61% minder verplichte gegevenspunten (nieuws)

Vereenvoudigd ESRS: EFRAG brengt technisch advies uit met 61% minder verplichte gegevenspunten (nieuws)

Gegevens

Nummer
2025/80
Publicatiedatum
8 december 2025
Auteur
Redactie
Rubriek
Nieuws

Op 3 december 2025 publiceerde de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) zijn technisch advies over de vereenvoudigde ESRS ("Set 2"). Het ontwerp is nu in handen van de Europese Commissie, die de gedelegeerde handeling tot formele herziening van de twaalf huidige ESRS ("Set 1") tegen juni 2026 moet goedkeuren.

Met deze "Set 2" wil Chiara Del Prete, voorzitter van EFRAG's Sustainability Reporting Technical Expert Group (SR TEG), bedrijven in staat stellen te communiceren over hoe ze omgaan met duurzaamheid, in plaats van alleen maar te voldoen aan de regels. Het doel is om de CSRD-rapportage flexibeler, korter en strategischer te maken. EFRAG zou goede nota hebben genomen van de feedback van bedrijven die in 2025 hun eerste duurzaamheidsverslagen publiceerden (golf 1), evenals van de vele meningen die werden verkregen na de openbare raadpleging die in de zomer werd gehouden over de ontwerpherziening van de ESRS-standaarden.

Een drastische vermindering van de rapportage-eisen

De door EFRAG aangekondigde vereenvoudiging komt tot uiting in een vermindering van 61% van de verplichte gegevenspunten in de ESRS "Set 1". De vrijwillige gegevenspunten ("may disclose") zullen verdwijnen uit de ESRS "Set 2" en zullen nu worden gegroepeerd in een niet-bindende leidraad (NMIG - Non-Mandatory Illustrative Guidance).

De adviesgroep heeft deze tweeledige architectuur opgezet om bedrijven in staat te stellen zich op de essentie te concentreren, terwijl zij die dat wensen de mogelijkheid wordt geboden om illustraties te raadplegen die in het NMIG-document zijn gegroepeerd.

Vier belangrijke wijzigingen

1. Flexibiliteit in presentatie: samenvatting en bijlagen

Bedrijven kunnen hun duurzaamheidsverslag nu als volgt structureren:

  • een synthetische en strategische "executive summary" voorstellen om de belangrijkste boodschappen over te brengen,

  • en alle informatie over duurzaamheid (gedetailleerde datapunten) in de bijlage.

Deze optie komt tegemoet aan de kritiek dat de eerste CSRD-verslagen te lang en moeilijk leesbaar waren.

2. Vereenvoudigde dubbele materialiteit

EFRAG verlaagt het analyseniveau dat vereist is voor de beoordeling van dubbele materialiteit. Dit is het centrale principe dat als leidraad moet dienen bij het opstellen van het duurzaamheidsverslag.

  • Materialiteit kan worden bepaald op het niveau van een duurzaamheidsthema (of subthema), zonder noodzakelijkerwijs de analyse uit te breiden naar de individuele impact, risico of opportuniteit (IRO). Opgemerkt moet worden dat de lange lijst van duurzaamheidsthema's, vooral met betrekking tot sociale kwesties, zou verdwijnen.

  • De "top-down" benadering verdient de voorkeur: de dubbele materialiteitsanalyse kan beginnen bij de strategie en het bedrijfsmodel van het bedrijf om de materiële kwesties of IRO's te identificeren. Het kan snel en intern worden uitgevoerd en vereist geen verdere actie. Als er twijfel bestaat over bepaalde duurzaamheidskwesties, kan de bottom-up benadering, uitgevoerd met belanghebbenden, helpen om de analyse te verfijnen en betere documentatie voor de audit te leveren.

  • Het principe van materialiteit van de informatie wordt in de nieuwe versie benadrukt: voor een bepaald onderwerp of materieel IRO hoeft alleen materiële duurzaamheidsinformatie - d.w.z. gegevenspunten - in het rapport te worden opgenomen. Dit maakt het opnieuw gemakkelijker om keuzes te maken.

3. Waardeketen: directe gegevens en schattingen op gelijke voet

Een van de grote breuken in het EFRAG-project ligt in de gegevens die gerapporteerd moeten worden over de waardeketen van het bedrijf. Geschatte gegevens kunnen op dezelfde manier worden gepresenteerd als gegevens die rechtstreeks bij de spelers binnen de waardeketen zijn verzameld. Deze methodologische flexibiliteit beantwoordt aan de praktische moeilijkheden die bedrijven ondervinden, in het bijzonder met betrekking tot Scope 3 BKG-emissies of sociale gegevens over werknemers in de waardeketen.

4. "Eerlijke presentatie": een evenwichtsprincipe

Het principe van "eerlijke presentatie" wordt de leidraad voor het opstellen van het verslag. Bedrijven moeten het juiste evenwicht vinden tussen volledigheid en leesbaarheid. Deze benadering, die is geïnspireerd op de financiële verslaggeving volgens IFRS, introduceert een extra mate van flexibiliteit voor rapporterende bedrijven, die er dus voor kunnen kiezen om niet alles te rapporteren. "Een te grote mate van granulariteit is nadelig voor een eerlijke presentatie van het verslag", legt Patrick de Cambourg, voorzitter van EFRAG's Sustainability Reporting Board (SRB), uit.

Nieuwe architectuur: ESRS 2 versterkt als centrale basis

De structuur van de standaarden is ingrijpend gewijzigd:

  • ESRS 2 concentreert nu alle rapportage-eisen op kwesties van bestuur, strategie en beschrijving van belangrijke IRO's.

  • Wat moet worden vermeld over de beleidslijnen, acties en doelstellingen (PAT's) die binnen de onderneming worden geïmplementeerd, wordt voornamelijk beschreven via de algemene rapportage-eisen (GDR's) van ESRS 2, in plaats van te worden herhaald in elke thematische norm. De GDR's zijn minder gedetailleerd en vereisen daarom minder feedback van bedrijven. Het is niet langer nodig om redenen te geven voor het ontbreken van een beleid en een tijdschema voor de implementatie ervan binnen de onderneming.

  • Anti-duplicatieprincipe: elk onderdeel van de informatie mag slechts één keer worden gepresenteerd in het verslag en het is mogelijk om kruisverwijzingen aan te brengen naar andere onderdelen van de verklaring.

  • De thematische ESRS (E1-E5, S1-S4, G1) richten zich meer op de indicatoren, specifiek voor hun respectieve gebieden, die moeten worden geproduceerd in het duurzaamheidsverslag.

  • De rapportage-eis (TV) wordt nu direct na elke rapportage-eis (RE) gepresenteerd, waardoor de toe te passen methodologieën gemakkelijker te lezen en te begrijpen zijn.

Verwachte financiële effecten: moratorium tot ten minste 2030

Een belangrijk punt: gegevens over verwachte financiële effecten hoeven op zijn vroegst in 2030 te worden gepresenteerd. Dit moratorium erkent het gebrek aan methodologische rijpheid en de gevoeligheidsproblemen die gepaard gaan met deze toekomstgerichte informatie. Als de financiële effecten zich echter vóór 2030 voordoen, moeten ze in het verslag worden vermeld.

Toekomstig werk van de Europese Commissie

EFRAG heeft zijn technisch advies ("Set 2") naar de Europese Commissie gestuurd. De Europese uitvoerende macht zal nu de lidstaten en verschillende technische comités raadplegen (comitologieprocedure) om haar gedelegeerde handeling op te stellen. De Commissie kan besluiten om bepaalde elementen van de door EFRAG voorgestelde vereenvoudigde standaarden te wijzigen. Het doel van de Commissie is om de gedelegeerde handeling tot formele herziening van de ESRS ("Set 1") eind juni 2026 in te dienen, na de goedkeuring van de omnibus tekst.

Tijdschema voor de toepassing: 2028 in zicht

De ESRS "Set 2" zal van toepassing zijn op duurzaamheidverslagen 2028 (boekjaar 2027), met vrijwillige toepassing vanaf verslagen 2027 (boekjaar 2026).

Let op: EFRAG is van plan om in het eerste kwartaal van 2026 een herziene versie van het Excel-bestand met alle Set 2-gegevenspunten te publiceren, zodat bedrijven over een bijgewerkt hulpmiddel beschikken.

Dit document is automatisch vertaald met Deepl.